Over Elsa Lanchester
Elsa Lanchester werd geboren op 28 oktober 1902 in het Engelse Lewisham, deel uitmakend van de hoofdstad Londen, als dochter uit een voor die tijd zeer vrijgevochten gezin. Haar officiële speelfilmdebuut beleefde ze in 1927 in de Britse productie "One of the Best", in een bijrol als Kitty. Bijrollen zouden haar gehele carrière domineren, maar desondanks bleef ze een veelgevraagde actrice in vaak komische rollen. In 1933 speelde ze de historische figuur Anna van Kleef in "The Private Life of Henry VIII" naast haar echtgenoot Charles Laughton met wie ze sinds 1929 gehuwd was. In 1935 was ze te zien als Clickett in "David Copperfield" van regisseur George Cukor. In datzelfde jaar speelde ze wellicht haar meest bekende rol als de sissende bruid in James Whales "Bride of Frankenstein". Haar optreden hierin was echter kort maar vooral krachtig. In 1936 speelde ze opnieuw naast haar echtgenoot in "Rembrandt" als Hendrickje Stoffels. In de jaren veertig was ze te zien in populaire en sentimentele producties als "Lassie Come Home" (1943), de kerstfilm "The Bishop's Wife" (1947) en "The Secret Garden" (1949) met kindsterren Margaret O' Brien en Dean Stockwell. Voor haar rol als Amelia Potts in "Come tot the Stable" (1949), van regisseur Henry Koster, ontving ze haar eerste Oscarnominatie voor Beste Bijrol. Een tweede nominatie in dezelfde categorie ontving ze in 1957 voor haar rol als de 'lijdende' zuster, Miss Plimsoll, in Billy Wilders "Witness for the Prosecution" en weer stond ze aan de zijde van haar echtgenoot Charles Laughton. Ook deze tweede keer wist ze het felbegeerde beeldje niet in de wacht te slepen. Bijrollen bleven echter komen, hoewel ze na de dood van Laughton in 1962 duidelijk wat gas terugnam. In 1964 speelde ze Katie Nanna in de populaire Walt Disney productie "Mary Poppins". Ze was zelfs te zien naast Elvis Presley in "Easy Come, Easy Go" (1967) als Madame Neherina. In het begin van de jaren 70 speelde ze in twee opmerkelijke horrorfilms: "Willard" (1971) en "Arnold" (1973). Haar laatste rol is die van Sophie in "Die Laughing" uit 1980. Ze publiceerde twee boeken, het eerste ("Charles Laughton and I"), over haar relatie met de biseksuele acteur, in 1983 gevolgd door "Elsa Lanchester Herself". Kort hierna begon haar gezondheid haar in de steek te laten en was ze na twee beroertes afhankelijk van anderen. Ze overleed op 26 december 1986 aan de gevolgen van een longontsteking. Ze werd 84 jaar. Hoewel de as van haar echtgenoot in 1962 werd bijgezet in een nis op Forest Lawn Memorial Park, werden haar eigen asresten verstrooid in de Grote Oceaan.