In hun tweede gezamenlijke dansmusical treden Fred Astaire en Ginger Rogers volledig op het voorplan. Ze voeren je mee naar een tijdperk van elegantie, humor, romantiek en smokings met een anjer in het knoopsgat. Het verhaaltje is eenvoudig maar leuk. Ginger is moeilijk te krijgen, maar na een aantal misverstanden bezwijkt ze voor de charmes van Fred. De humor komt van de nevenrollen. Edward Everett Horton, Alice Brady, Eric Blore en Erik Rhodes zouden vaste waarden worden.
De magie zit echter in het virtuoze dansen en in de zorgeloos swingende liedjes. Uit Cole Porters Broadwaymusical Gay Divorce werd alleen Night and Day gebruikt, wat een overbekende jazzstandard zou worden. Het burleske Let's K-nock K-nees wordt gezongen door de zeventienjarige Betty Grable. De dansers komen steeds met hun volledige lichaam in beeld om duidelijk te maken dat niks getrukeerd is.
De apotheose is The Continental. Zestien minuten lang kun je genieten van de grandioze choreografie van Hermes Pan, met een combinatie van ballroom- en tapdansen, een visueel trucje met bewegende silhouetten, veel dansers in witte, zwarte, wit-zwarte en zwart-witte kostuums, een decor met zonnestralen, een trap en draaideuren. Hier begon zeldzame symbiose van talenten in verschillende disciplines.