
Da Xiang Xi di er Zuo (2018)
Alternatieve titels: An Elephant Sitting Still | 大象席地而坐
China
Drama
230 minuten
geregisseerd door Hu Bo
met Yu Zhang, Yuchang Peng en Uvin Wang
In de Noord-Chinese stad Manzhouli zeggen ze dat er een olifant verblijft die gewoon zit en de wereld negeert. Manzhouli wordt een obsessie voor een aantal mensen, een verlangen om te ontsnappen aan de neerwaartse spiraal waarin ze zich bevinden. Onder hen is de schooljongen Bu, die op de vlucht is nadat hij pestkop Shuai de trap afduwde. Bu's klasgenoot Ling is weggelopen van haar moeder en gevallen voor de charmes van haar leraar. Shuai's oudere broer Cheng voelt zich verantwoordelijk voor de zelfmoord van een vriend. En ten slotte is er meneer Wang, een opgewekte gepensioneerde man wiens zoon hem wil plaatsen in een tehuis.
Trailer
https://www.youtube.com/watch?v=WBMRpD_SdGQ
Wanneer je deze, als ook andere ingevoegde media op de site wilt zien, dan moet je hier even toestemming voor geven.
Met het tonen hiervan wordt er mogelijk door een andere partij cookies geplaatst en/of wordt je ip-adres geregistreerd, zonder dat MovieMeter hier invloed op heeft. Lees ons privacybeleid voor meer informatie over hoe MovieMeter met je privacy omgaat.
Links
Zoek naar deze film op dvd/blu-ray op AmazonIMDb (7,8 / 5020)trailer (YouTube, ondertiteld)kijk op Cinemember



In elk geval in de lange versie te zien op CinemAsia (data en tijden nog niet bekend). Deel van de kaartverkoop gaat naar de ouders van de regisseur.
Ik heb het idee dat als Hu Bo geen eind aan zijn leven had gemaakt, dit minder tot de verbeelding had gesproken. Maar goed, dat is voor mijn rekening.

Overigens, een zeer gewaardeerde oud-collega en vriend van me heeft net een artikel gepubliceerd over wandelen en contemplatie in de films van Terrence Malick. Die ideeën kunnen ook interessant zijn met betrekking tot deze film denk ik.
De trage camera volgt ieder van hen, slenterend door een deel van de stad of thuis zittend om weg te gaan, alles ontkennend waarvan ze worden beticht. De actie gebeurt buiten beeld of in de vaag gehouden achtergrond; soms leiden we een gebeuren af uit de geluidsband. Zo tendeert de film naar pure poëzie, ook vanwege de herhaalde motieven (de witte hond, een met tape omwikkelde stok/biljartkeu/knuppel/revolver, ...), waarvan het terugkerende verhaal over een olifant, die slechts zit en zijn omgeving negeert, de leidraad is van de gehele film. Hij komt als afbeelding enkel voor op een circusaffiche, als verhaal des te meer en zijn getrompetter op de geluidsband sluit de film enigszins hoopvol af.
De eerste en laatste film van Bo Hu is meteen zijn magnus opus wat een vreemde opmerking is voor een oeuvre van één film, maar deze zij mij toegestaan. Wie een volstrekt lege en troosteloze film maakt die voorbij zweeft en waarvoor ik liever in mijn broek plas om geen shot te missen dan tussendoor naar de wc te hollen, verdient meer dan vijf sterren.
Jammer. In potentie wel een mooie film. Halverwege zit ook een periode van 1,5-2 uur die wel erg fijn wegkijken met die zwevende steady cam en heerlijke montage, waar ook wat meer kleur in de film komt en de personages zowaar interessant wordenen niet volledig hangen in misère. Overigens niet zo interessant dat ik ze graag elke keer in close-up wil zien. Sowieso is dat jammer dat je de hele tijd tegen iemands hoofd of rug aankijkt terwijl. Terwijl de omgevingen enorm boeiend zijn met die - van zichzelf al - kleurloze kale betonnen stad. En als je al wat kan zien, kiest de regisseur voor letterlijke focus op de personages en worden die mooie achtergronden wazig. Dan gaat het ook storen dat alle kleur eruit is en wordt het visueel gewoon saai. Afgerond naar boven 2,5*.
Is dat wel vol te houden, het volgen van deze personages in een uitzichtloze omgeving, waaraan geen ontsnappen mogelijk lijkt; personages, vaak familieleden, die elkaar meestentijds onverschillig en harteloos bejegenen?
Toch wel. Hu Bo steekt menig midden-europees collega-chagrijn naar de kroon met deze aaneenschakeling van ellendigheid, maar zijn protagonisten zonder hoop hebben dan ieder geval de wil tot hoop, tot vluchten. Het geeft vrijwel elke scène een intensiteit en spanning mee, die nergens verflauwt, de hele film lang. Het is ook het verdriet en de vertwijfeling, die doorschemert bij alle barsheid en bruuskheid, die de personages waarachtig en menselijk maakt.
En in alle duisterheid is toch hier en daar wat licht: de opa en zijn kleindochter, de gangster die zichzelf terugziet in de schooljongen, de verbitterde, egoïstische moeder die wel haar dochter verdedigt tegen de aantijgingen van de vrouw van de decaan.
De camera beweegt soepel mee met de personages, en in stilstand zien we veelvuldig als haast vanzelf een fraaie compositie ontstaan, waarmee ook het troosteloze stadslandschap, waarin zich dit alles afspeelt, een zekere schoonheid krijgt.
De spaarzame score is prachtig, maar het is de olifant zelf die de stilte echt verbreekt, daar in die laatste scène, met de lotgenoten van de hoop, de vlucht, tegen beter weten in, in het licht van de koplampen van de bus.
Geweldige film.
Maar na bijna 4 uur film, kan ik niet anders concluderen dat de helft van de speeltijd ook genoeg was geweest om het verhaal goed over te brengen.

Het levert hoe dan ook een sfeervolle, meanderende film op met een dromerige soundtrack. Maar de zogenaamde poëzie van dit alles ontgaat mij toch enigszins. Wat voor “diepzinnig” en “ontroerend” moet doorgaan, vond ik vooral vaag en deprimerend.
Al met al een lichte teleurstelling. 2,5*
Het moet gezegd dat het visueel wel een trapje hoger staat dan z'n genregenoten. Hier kan Jia nog wel wat van leren. Vind het nog steeds niet geniaal of écht uitzonderlijk, maar het ziet er wel een hele film lang best strak gestileerd uit, wat niet niks is voor een film die toch wel losjes gefilmd lijkt.
Acteerwerk is verder ook best naar behoren, wat wel mag aangezien je maar een beperkte cast hebt en érg veel tijd met hen doorbrengt. Erg, erg, erg veel tijd, en dat terwijl de film niet zoveel nieuws te vertellen heeft. En daar wringt het dan wat voor mij, want buiten het visuele is het te weinig onderscheidend.
Een troosteloze Chinese stad, armoede en mensen die het moeilijk hebben. Soms lijkt het toch echt alsof ze in de Chinese arthouse scene echt niks anders kunnen maken en echt niks anders te vertellen hebben. Het spijtige is dat deze film dan nog eens een dubbele lengte heeft. Erg leuk voor de liefhebbers van Chinese poverty porn en slow cinema, die komt hier meer dan aan hun trekken, maar ik had het na een tijdje wel weer gezien, en dan zat ik nog niet eens halverwege.
En dat het toch ook steeds weer dit soort films zijn die in het Westen een beetje aandacht krijgen.
2.5*
Dat ik toch niet tot een hoge score kom heeft ermee te maken dat ik de personages zelf en hun interactie, bijvoorbeeld de dialogen, te kunstmatig vind. Paar vervelende arthouse-trekjes zijn bijvoorbeeld de zwijgzaamheid en het niet uitspreken van belangrijke zaken. Ik vind dat ongeloofwaardig en het leidt er ook toe dat je geen band krijgt met de beeldenstroom. Verder is het erg nadrukkelijk depressief allemaal en heb je het gevoel dat Bo er alles in heeft willen leggen wat hij nog te zeggen had. Dat verklaart wellicht ook de veel te lange speelduur. Ik heb An elephant sitting still in twee sessies bekeken, en beide keren vielen me nog steeds tamelijk lang.
Het slot is wel weer een vleugje genialiteit moet ik zeggen, net als je denkt dat het eindshot veel te lang duurt komt Bo met een van de meest toffe afsluitingen ooit op de proppen. Onmiskenbaar dus een talentvolle filmmaker die onder gunstiger omstandigheden wellicht een betere film had kunnen maken dan deze stilistisch indrukwekkende maar inhoudelijk teleurstellende prent.