Het contrast is tragisch: entertainer Sammy Davis jr. presenteert zich in de jaren vijftig als ambassadeur van de Afro-Amerikanen; tegelijkertijd wordt hij door zijn achterban weggehoond als overloper. Deze documentaire belicht zowel het overweldigende talent van Davis als de tragedies in zijn leven: het terugkerende racisme, het auto-ongeluk waarbij hij zijn linkeroog verliest omdat ziekenhuizen hem weigeren op te nemen en de dramatische breuk met Frank Sinatra.
Nog geen enkele oude(re) rakker die wat te zeggen heeft van deze documentaire over deze indrukwekkende artiest die Sammy Davis Jr. toch was.
So, it's gotta be me.
Film valt direct met de deur in huis, namelijk dat de huidskleur van de man bepalend was in zijn doen en laten, hoe hij, omwille van zijn omgang met het blanke "establishment", uit de gratie van de zwarte gemeenschap viel en hoe hij enerzijds wel hoog hield zich zelve te zijn en zijn eigen keuzes te maken, de film dit wel enerzijds bevestigt maar anderzijds hem ook wel voorstelt als het voorwerp van een vaak politieke manipulatie door hooggepaatste blanke instanties.
Feit is dat Sammy o.m. de vernederende insinuaties door de andere leden van de Rat Pack verdroeg, maar het legde hem ook geen windeieren en vermist hij voortdurend in geldnood was.... Ook is het toch wel pijnlijk te horen hoe zijn uitnodiging voor de Kennedy-inauguration werd ingetrokken terwijl andere als Belafonte en Cole wel aanwezig mochten zijn.
Hij kwam het allemaal te boven en bouwde zijn carrière verder uit, wat de titel van de film verklaart.
Toch had ik in deze documentaire over Sammy Davis Jr, van wie ik steeds een grote fan was, nog veel meer de nadruk willen zien op het "artiest zijn", zijn zang, acteren, dans, imitaties...
Ik was vergeten te kijken en heb alleen nog het laatste half uurtje mee gepakt. Vandaar ook geen mening en sterren voor deze docu van mijn kant, maar wat ik nog er van zag, boeide wel en is een uitnodiging om het nog een keer in zijn geheel te kijken.
Altijd een bewondering voor de man gehad, een entertainer pure sang.
Movsin vat het hierboven al goed samen : bij elk facet dat van Davis' veelzijdige artisticiteit wordt belicht ligt de nadruk op het politieke (raciale) aspect, en dan mis ik bijvoorbeeld meer aandacht voor de talloze singles die hij tijdens zijn leven heeft uitgebracht, of voor de 68 titels die IMDb bij zijn filmcarrière noemt (ook al zitten daar dan veel televisieshows en gastrolletjes bij). Ik wist vooraf niet zo gek veel over Davis' carrière, en daar heeft deze documentaire wel verandering in gebracht, waarvoor dank, maar ik weet niet of ik met de invalshoek erg blij moet zijn.