
Vampyr (1932)
Alternatieve titels: Vampyr - Der Traum des Allan Grey | The Strange Adventure of David Gray | The Vampire | Not against the Flesh
Frankrijk / Duitsland
Horror / Drama
75 minuten
geregisseerd door Carl Theodor Dreyer
met Julian West, Sybille Schmitz en Maurice Schutz
Een jongeman, verward en onder de indruk van de dood van een boezemvriend, raakt in de ban van het bovennatuurlijke en volgt op een dag een vreemde verschijning die hem naar een mysterieus landhuis leidt. Tijd en ruimte lijken er stil te staan. De twee zusters die er wonen leven onder de druk van een zware ziekte van de ene, klaarblijkelijk veroorzaakt door de beet van een vampier.
Vooral dat is het punt dat deze film aangenaam maakt om te zien. De sfeer is lekker donker en dat draagt prima bij aan de suggestieve spanning, die behoorlijk aanwezig is. Verhaaltechnisch is het allemaal niet al te gemakkelijk om te volgen. Realiteit en droom lopen nogal eens door elkaar heen en ik kon er lang niet altijd uit opmaken welke scène nu droom is en welke niet. Op zich niet eens zo heel erg, want los daarvan boeit het grotendeels wel, en heeft het allemaal ook iets zweverigs.
Hoewel het geen stomme film is, valt wel op dat er ontzettend weinig dialoog in zit. En door het hoge surrealistische gehalte is het opletten geblazen en moet je wel je aandacht bij alles houden, anders raak je de rode draad op een gegeven moment wel kwijt.
Het einde is erg sterk, behoorlijk bizar en luguber en natuurlijk ook pure horror. Dreyer weet een leuk werkje af te leveren. Soms moeilijk te volgen, lekker surrealistisch, maar met een goede sfeer en een erg sterk einde. Zeker niet slecht dit.
3,5*
Echter vond ik het verhaal heel pover, net zoals de acteerprestaties van enkele acteurs - het hoofdpersonage met zijn vreselijk stemmetje op kop (nooit een geldschieter laten acteren in je film, tenzij hij daadwerkelijk kán acteren!). De wazige beelden waren sfeerbevorderend, maar op sommige momenten werd het té wazig om goed/genietbaar te zijn.
Visueel gezien een zeer boeiende film, en ook de suggestieve creepy sfeer wordt op enkele momenten zeer mooi opgewekt. Het acteerwerk en het makke verhaaltje zorgen er echter voor dat ik niet echt uitermate lovend kan zijn over deze horrorklassieker.
Een standaard 3*
3*
Inderdaad sfeervol, maar toch maakten Nosferatu, Faust en The Phantom Carriage op mij meer indruk, mogelijkerwijs omdat ik hierbij toch moeite had het verhaal te volgen... Desalniettemin zeker de moeite waard.
Interessante film van Dreyer omdat hij zoals starbright boy als zei 'met een been in de zwijgende film, met een been in de pratende' film opereert. Het is voor mij het eerste aspect dat toch nog het meest dominant aanwezig is in Vampyr - en waarin Dreyer toch het meest uitblinkt ook. De narratie is toch nog grotendeels in de modus van de stomme film als het gaat om close-ups, acteerwerk en tussentitels (het boek), montage. De meeste memorabele scenes blinken ook uit in hun mise-en-scene en cinematografie: het gebruik van schaduwen, de pov-shots vanuit de doodskist, de blikken tussen de zusters in close-up, de dokter die op het eind bedolven raakt onder het meel en aantal mooie long take pans.
Op het gebied van geluid valt het me op dat de dialogen maar spaarzaam zijn. Naar mijn mening heeft Dreyer hier nog niet ten volle gebruik gemaakt van bijvoorbeeld de mogelijkheden om de acteurs met spreekstijl, intonatie etc. te karakteriseren (dat doet hij toch vooral op de manier van de stomme film: door close-ups van markante koppen) of emoties over te brengen op het publiek.
De muziek werkt prima, maar stomme films hadden natuurlijk zelf ook al vaak muziek bij de vertoningen en veel digitaal uitgegeven stille films hebben ook vaak een toegevoegde score, dus dat is zo bezien niet heel onderscheidend.
Er zijn echter wel een aantal manieren aan te wijzen waarop Dreyer wel degelijk succesvol functioneel gebruik maakt van het geluid. Zo zijn er een aantal momenten waarop de film off-screen gebeurtenissen suggereert, in plaats van ze te tonen. Dit vormt een mooi samenspel met het eerder genoemde spel met de schaduwen dat de film speelt. Dit geeft al een hint naar mogelijke thematische interpretaties: geesten, dromen, dood, mysterie etc.
- De moord op de man in het kasteel is verbeeld door een schaduw van een man met geweer en verklankt door het geluid van een geweerschot.
- Af en toe zijn er kreten te horen, waarvan de oorsprong niet meteen duidelijk is, maar die wel angst aanjagen.
- Het doorboren van het hart van oude vrouw Chopin in het graf is verklankt door het geluid van metaal op metaal geslagen.
- Persoonlijk vind ik het meest onderscheidende moment wanneer de dokter op het kasteel arriveert. Het hoofdpersonage kan hem niet zien, door de gesloten blinden. Hij ziet alleen de schaduw en hoort zijn stem. Dit is een effectieve manier om anticiperende spanning bij de kijker op te wekken over het personage van de dokter.
De film Nosferatu van Murnau heeft het wel allemaal, terwijl het een veel oudere film is.
De dialogen vallen op één hand te tellen en dat is eigenlijk maar goed ook. Het miserabele acteerwerk krijgt zodoende in ieder geval minder kans om zich opvallend te manifesteren. Het is vooral het visuele aspect wat de aandacht opeist, en hoewel dat nergens écht indrukwekkend werd, is de film sfeervol genoeg om te volledige speelduur (die gelukkig lekker kort was) te blijven boeien. En aangezien ik dit soort oudjes doorgaans niet al te makkelijk verteer is dat zeker wat waard.
Maar uiteindelijk beoordeel ik een film natuurlijk toch op wat hij me emotioneel doet, en met dat in ogenschouw nemend kom ik dan gewoon niet hoger dan 2,5* uit (wat voor mij overigens een krappe voldoende is). Vond het wel boeiend, bij momenten fraaie sfeerplaatjes en al bij al láng niet zo hilarisch slecht als een Nosferatu. Eentje uit de categorie 'leuk om eens gezien te hebben'. Maar meer ook niet. 2,5*.
Na de dood van een vriend raakt Alan Grey gefascineerd door het occulte en het bovennatuurlijke. Hij achtervolgt een mysterieuze man naar een kasteel. Het kasteel wordt geplaagd door een oude vampier...
Sfeervolle Duits-Franse film van Deense filmmaker Carl Theodor Dreyer (La Passion de Jeanne d'Arc). Het is duidelijk dat Dreyer normaal gesproken silent's maakt. Ik keek de Duitse versie zonder ondertitels en ik kon alles prima volgen (maar ik leer dan ook Duits op school).
Het verhaal was een beetje rommelig, maar heeft opzich een interessant concept. Het is gebaseerd op een kort verhaal uit de bundel In a Glass Darkly van Joseph Sheridan Le Fanu.
Dreyer gebruikt wel vaker amateurs in zijn films, zo ook hier. De vampier wordt gespeeld door een Franse weduwe, de dokter door een Poolse journalist en de hoofdpersoon wordt gespeeld door Julian West - eigenlijk een Franse Baron van Russische adel die de film financierde op de voorwaarde dat hij de hoofdrol mocht vertolken. Ik vond het acteerwerk niet slecht, zeker als je bedenkt dat het amateurs zijn.
Visueel was de film ongetwijfeld van invloed op latere vampierenfilms, maar het verhaal was helaas niet heel bijzonder met een een vrij anti-anticlimactisch einde. De duistere sfeer, enkele effecten en mooi geschoten scènes maken de film het bekijken waard.
♦♦ twee commentaartracks, één van Tony Rayns (vooral over de "making of" en over de vervreemdende effecten) en één van Guillermo del Toro (die de film ziet als een uitgebreid “Memento mori”);
♦♦ twee verwijderde scènes, althans de uitgebreide versies van scènes die niet ongeschonden door de Duitse censuur van 1932 kwamen (helaas konden de geknipte shots bij de restauratie niet gewoon worden teruggezet zonder een discontinue geluidsband op te leveren);
♦♦♦ drie documentaires:
♦ een degelijke making-of van 35 minuten;
♦ een portret van baron Nicolas de Gunzburg, geldschieter en hoofdrolspeler;
♦ een Deense televisie-documentaire uit 1966 waarin Dreyer praat over (de invloeden op) de stijl van zijn verschillende films;
♦ verder een PDF van Carmilla, het verhaal van J. Sheridan le Fanu uit 1872 dat als inspiratie voor Vampyr diende (alleen via de PC/laptop te benaderen);
♦ en tenslotte een Engelstalig boekje, wat zeg ik, boek van 80 pagina's met essays over de film en de restauratie en tevens heel veel foto's.
De Eureka-uitgaves zijn bedoeld voor de Britse markt, dus alles hierop is Engels ondertiteld wanneer het Duitse of Deense tekst betreft, maar niet ondertiteld wanneer het om de Engels gesproken tekst van de commentaartracks en de documentaires gaat.
Kortom, van harte aanbevolen voor wie deze bijzondere film wil ontdekken.
Het begin leek nog wel iets hoopvoller. De sfeer wordt aardig neergezet en hoewel daar al duidelijk is dat het verhaal niet al te complex wordt, maakt dat voor dit soort films niet zo heel veel uit. Jammer genoeg weet Dreyer de sfeer niet echt vast te houden, laat staan op te voeren naar het einde toe.
Het voelt allemaal wat té luchtig aan. De muziek wordt af en toe iets duisterder, maar is bij momenten ook gewoon opvallend jolig. Show don't tell is deze film ook niet meteen, de spannendste stukken worden in boekvorm verteld (en wat gaat dat toch weer traag), de film zelf laat qua horror bijna helemaal niks zien.
Rest een redelijk beperkt vampierenverhaaltje dat er relatief sfeervol uitziet, maar nooit duister genoeg wordt om écht aan te spreken. Dreyer had denk ik beter wat meer naar z'n Duitse tijdsgenoten gekeken, die deden het qua sfeer toch vaak beter.
1.5*