In afwachting van hopelijk wat uitgebreidere silent buff observaties omtrent deze cultklassieker van auteur Volkoff, zult het even met mij moeten doen.
Dat van die auteur is natuurlijk een dolletje, dit is een puur commercieel spektakelstuk met een budget dat er duidelijk af is te zien, schijnbaar bedoeld om te wedijveren met de mega-producties in Hollywood van e.g. het Fairbanks type. Ik zou hier ook het etiket avontuur/komedie op plakken, en zeker niet drama.
Om de memoires van de chevalier de Seingalt saai te maken moet je je best doen, Fellini deed ooit een nobele poging in die richting. Volkoff die met Mozzhukhin het scenario schreef- losjes gebaseerd op de autobiografie van de held- echter niet en het resultaat is een picareske komedie die me prima wist te vermaken.
We schrijven 1760 en Venetië leeft in volle decadentie, zo vermeldt de introductie, en Casanova is natuurlijk het toonbeeld van deze goddeloze levensstijl. Niet alleen zit hij continu achter de tsjikkies aan, hij koketteert ook wat met satanisme en occultisme. Failliet is hij eveneens, dus hij smeert hem achterna gezeten door schuldeisers en sbirri naar het noorden, doet Duitsland aan en bereikt het voor de gelegenheid nagebouwde Sint-Petersburg, beleeft avonturen met nog meer schone madammen onder wie Catharina de nog niet Grote, is ook deze ontrouw, vlucht en is op tijd voor het carnaval terug in Venetië.
Ik vond de sequenties in Rusland de minste, iets teveel focus op enscenering en kostumering daar, e.g. de kroningsscène. Het pièce de résistance is het Venetiaanse carnaval waarvan je zou zweren dat het ter plaatse en tijde daar is opgenomen, en wel in...kleur ! Jazeker, de harlekijn outfit van de held is hier in zijn bonte kleuren te zien. De variant die hier wordt gegeven op het verblijf van de held in de piombi en vooral de afloop daarvan, leek me bepaald geen verbetering tov beschrijving ervan in de memoires.
De schone madammen zijn hier legio, de meeste namen van de actrices zijn nu totaal vergeten, mijn voorkeur- en die van de held, even- ging uit naar Jugo-Teresa, maar dat mokkeltje op het eind was ook niet verkeerd.
Bij de mannetjes treffen we behalve de reeds op leeftijd-39-gerakende Mozzukhine die weer veel gekke bekken mag trekken en screen presence heeft, ook Rudolf Klein-Rogge aan in een zowaar komische rol als Peter III, en....Michel Simon als sbirro ! Jazeker, 3 keer komtie langs met zijn duidelijk herkenbare centenbak onder de bokkenpruik. Ook het ventje "Boumarang ' als blackfaceje dient gememoreerd te worden.
De film werd in 85 gerestaureerd door de CF, met het herstel van de tinting- waarvan ik nooit echt de meerwaarde zie- en dus de kleurensequentie, al weet ik niet hoeveel er precies van over is gebleven tov het origineel.
In opdracht van dezelfde CF kreeg niemand minder dan Georges Delerue de opdracht om een nieuwe score te schrijven, die uiteraard uitstekend is en een en al feest uitstraalt.
Wel een silent om te herontdekken, al is dat vooral vanwege het geboden entertainment en production values, niet omdat dit zgn. grote kunst zou zijn, wil het ook niet zijn.