Victor van Gilze jr. wil niet langer werken op het advocatenkantoor van zijn vader. Hij wil bewijzen dat hij ook zonder de bescherming van zijn vader als advocaat kan werken. Zijn secretaresse, Bep gaat met hem mee en samen met de advocaten Bernard, Pam, Helen en Mourad richt hij Van Gilze Wesseling op. Het jonge kantoor heeft een schuld van twee ton bij de bank, maar barst van het idealisme. Al snel blijkt dat vader van Gilze het niet eens is met zijn zoon. Hij zet de aanval in door Bernard weg te kopen en daarmee twee van hun belangrijke klanten. De Bernard wordt vervangen door de meer progressieve advocaat Cas. Terwijl de advocaten van het kantoor allerlei zaken afhandelen, spelen verschillende privéverwikkelingen een grote rol.