"Grant himself came to hate the movie and to consider his performance in it the single worst of his career. Years later, he would say: 'I told Frank Capra. I said, 'Frank, I simply cannot do this kind of comedy.' And Frank said, 'Of course you can, old boy.' And I went ahead and did it and I overplayed it terribly. Terribly. Jimmy Stewart could have done a much better job than I did. He would have been wonderful in the part. I told Frank Capra that at the time. He just wouldn't listen.' " (Uit
Cary Grant van Chuck Ashman en Pamela Trescott)
Grappig dat er na al die jaren ook op MovieMeter nog zulke verschillende reacties op Grants spel verschijnen: sommige mensen vinden zijn
over-the-top-spel verschrikkelijk, anderen juist geweldig. Zelf had/heb ik beide reacties: eerst verpestte zijn
mugging voor mij de hele film, nú vind ik het wel passen en heb ik eigenlijk alleen maar bewondering voor zijn tomeloze energie. Met het spel van een andere favoriet heb ik eigenlijk meer moeite: Peter Lorre is een geweldige acteur, maar van zijn in deze periode gebruikelijke beteuterde schooljongetje heb ik wel een beetje genoeg (maar dat is misschien ook wel een beetje de schuld van Hollywood dat hem steeds rollen als bizarre en ietwat verwrongen crimineel aanbood).
Hoe dan ook, los van het spel van voornoemde acteurs is dit mijns inziens een voorbeeldig uitgewerkte ambachtelijke (zwarte) klucht, met de twee tantes die perfect
dead-pan de show stelen, Edward Everett Horton die weer een geweldige Edward Everett Horton neerzet, een echt enge Raymond Massey, de overige standaardrollen (dokter, politie-agent, journalist etc.) opgevuld met de getypecaste en zeer adekwate acteurs waarvan elke grote Hollywood-studio wel een blik (of twee) kon opentrekken, een zeer hoog tempo en een regie die de gebruikelijke Capraeske sentimentaliteit geheel achterwege laat. Geen wonder dat dit stuk zo populair was; volgens mij heb ik mijn ouders ook wel herinneringen horen ophalen aan een heerlijke avondje uit in de schouwburg met
Arsenicum en oude kant, dat ook nu nog vrij regelmatig hier en daar op het programma van de Nederlandse toneelzalen staat – en lang niet altijd bij goedwillende amateurgezelschappen. Ik heb het idee dat dit stuk in z'n soort een meesterwerk is waarvan de publieksvriendelijke kwaliteiten niet mogen worden onderschat.
(Spijtig dat mijn voorganger
Duke Nukem al doet wat ik juist óók wilde doen – zijn recensie besluiten met Mortimers prachtige
one-liner...)